kust

kust

Een oefening in transparantie

Ahrdal, oktober 2014
Een oefening in transparantie, zo ervaar ik het leven. Dat klinkt misschien vreemd in een tijd waarin zelfexpressie, vormgeven van je talenten en je eigen kleur aannemen heel belangrijk worden gevonden, maar voor mij is dit het meest wezenlijke om te doen.
 
Voor mij persoonlijk lijkt het een doorgaande oefening, hoogstwaarschijnlijk zolang ik leef. Met transparant bedoel ik leeg en dus niet vol van mijzelf. Leeg van het innerlijk trekken en duwen waardoor ik voortdurend achter mijn voorkeuren aan ren en van mijn afkeer wegren. Een hoop geren–en–gedoe, wat ik lang heel speciaal vond en waar ik veel waarde aan hechtte. Ik vulde mijn leven ermee. En tegelijkertijd was al dit geren–en–gedoe me allemaal niets waard, omdat het me geen geluk bracht en nog altijd niet brengt. Stoppen met geren–en–gedoe leek het goede antwoord, en dat vind ik nog altijd. Stoppen met eigengereid zoeken naar geluk en ontlopen van lijden, want hiermee doorgaan zou betekenen dat het nu niet goed en gelukkig genoeg is. En dat is niet zo.

Ik blijf terugkeren naar de woorden van de overleden pater Jan van Kilsdonk (1917–2008), die zich tijdens een lezing ooit afvroeg: ‘Vrijheid, wat is dat eigenlijk?’ Hij beantwoordde zijn eigen vraag met: ‘Het is zelden iets anders dan het kramploos aanvaarden van wat ligt in de onontwijkbare structuur van het leven.’

Onlangs las ik in andere, meer gedragen bewoordingen hetzelfde:

Iemand die alle dingen ziet zoals ze zijn en niet zoals ze door de mensen voorgesteld of gewaardeerd worden, zo iemand is waarlijk wijs (…) Wie innerlijk weet te wandelen en weinig gewicht weet te hechten aan de dingen van buiten, zoekt niet bepaalde plaatsen en wacht niet op bepaalde tijden om zijn godvruchtige oefeningen te doen. De innerlijke mens is spoedig weer in zichzelf gekeerd, omdat hij nooit helemaal in de uiterlijke dingen opgaat. Uiterlijke arbeid deert hem niet, noch een bezigheid die door de omstandigheden geëist wordt, maar hij schikt zich in de dingen zoals ze zich voordoen. Degene die innerlijk de goede gesteltenis en harmonie heeft, bekommert zich niet om opvallende en verkeerde gedragingen van de mensen. De mens wordt enkel belemmerd en verstrooid, voorzover hij zich de dingen aantrekt. Als het goed met u stond en gij waarlijk gezuiverd zoudt zijn, zouden alle dingen tot uw welzijn en geestelijke voortgang strekken. De reden waarom veel dingen u mishagen en vaak verontrusten is deze, dat gij nog nooit volkomen aan uzelf gestorven zijt en u nog niet hebt vrij gemaakt van al het aardse.*

De Moeren (bij Zundert), november 2013
‘Gestorven aan uzelf,’ dat noem ik transparant zijn. Transparant zijn is dan hetzelfde als in vrijheid leven, wat je weer kunt omschrijven als ‘kramploos aanvaarden van wat ligt in de onontwijkbare structuur van het leven’. Dat klinkt voor veel mensen in eerste instantie misschien benauwend, maar wie zo leeft, ervaart dat er binnen die ‘onontwijkbare structuur van het leven’ oneindig veel ruimte is. 

* De navolging van Christus – naar de Brusselse autograaf, vertaald door Gerard Wijdeveld en ingeleid door Paul van Geest, Pelckmans, Kapellen/Ten Have, Kampen, 2003, blz. 89.   

Stilte (II)


Stiltehuisje*
Ik ratelt,
ik denkt,
ik verbeeldt zich,
ik stelt zich voor,
ik mijmert,
ik maakt plannen,
ik wil anders,
ik vult stilte.





Maar niet wanneer ik in stilte verzinkt,
luistert en zijn plek inneemt als
instrument dat gehoor en vorm geeft aan
wat uit stilte komt zonder haar volledig te vullen.

Zoekt ik de stilte in gedachten, dan is ze er niet
en buiten wordt ze steevast weer verstoord.
Pas als zoeken stopt, wordt zij gevonden.
Stilte, leeg en vol, beangstigend voor ik want zonder houvast,
maar bevrijdend in zichzelf, want zonder kern en omtrek.
Voortdurend schenkende creativiteit uit nimmer lege bron,
voortdurende stilte met stuwkracht zonder eind.

Ondanks dit diepe verlangen naar stilte,
denkt ik haar steeds weer vol
en verbreekt haar fluistertoon.
Waarom? Waarom toch?

Interieur stiltehuisje
Om de suggestie van leven,
om een idee van levendigheid en vervulling,
dat voortdurend bevestiging vraagt
en als de hond die zijn eigen staart zoekt
eindeloze rondjes draait.

En in de stilte, wat valt daar te halen?
Niets ­– niets te halen en niets te brengen.
Hier is puur verblijven,
met handelen of niet–handelen als
natuurlijk antwoord op wat zich aandient.

En toch hecht ik aan de suggestie
van leven en bewegen en
blijft zichzelf vermoeien –
al kent het zijn rondje door en door.

Maar soms beseft ik de zinloosheid van het draaien en
heeft weet van het stille midden van waaruit het draait.
Dan staat ik stil en ‘ziet’ zijn eigen draaien
en draait terwijl het stilstaat.

Uitzicht vanuit stiltehuisje op labyrinth, weiland en bos











* Het stiltehuisje staat op landgoed Monnikenberg aan de rand van Hilversum. Vanaf 1946 was daar het klooster de Stad Gods van de Zusters Augustinessen van St. Monica. In 2014 vertrokken de laatste nonnen en nu staat de kloostervilla leeg.  Het gebied wacht tot het Masterplan Monnikenberg met zorgpark, wonen, landgoed en natuur verder ontwikkeld wordt.
Maar ondertussen zijn de zusters Augustinessen niet helemaal verdwenen. Drie zusters vormen samen met een lekenvrouw de kerngroep van de religieuze leefgemeenschap Casella. Naast de boerderij op het landgoed – die nu als gastenverblijf dienst doet – en aan het weiland, is een mooie, glasrijke laagbouw neergezet. Dit is nu het klooster waar de kerngroep woont.
De voormalige hooiberg naast de boerderij is tot stiltehuisje verbouwd. Iedereen die hier naar binnen wil is welkom. De achterwand is volledig van glas en geeft uitzicht op het weiland en het labyrint (naar een voorbeeld van het labyrint in de kathedraal van Chartres en symbool voor de eigen levensweg) dat bezoekers kunnen lopen.