‘… een psychotisch iemand verdrinkt in hetzelfde water
waarin de mysticus zwemt.’*
Werkelijkheid die zich al denkend verdicht
tot materie, bindt de mens en beperkt zijn zicht.
Ruimte vernauwt zich tot spleet, waaromheen
denken een schijnwerkelijkheid schept.
Nu volgt werkelijkheid de geest, die zich laat
leiden door de vernauwde blik op Alles
en dit zicht tot Alles verheft. Deze vervorming
vervreemdt de mens van werkelijkheid.
Werkelijkheid die vrij is van denkconstructies,
bevrijdt de mens in Alles. Middelpuntloze
ruimte is alom, gedachten komen en gaan,
ruimte blijft. De werkelijkheid is één.
Eén en ondeelbaar zonder redenerend splijtdenken
dat ‘ik’ van ‘ander’ scheidt. Werkelijkheid volgt niet,
geest volgt niet; werkelijkheid is geest, geest is
werkelijkheid.
Het zicht is oneindig helder, zonder iemand die kijkt.
Nota bene
‘Een psychose is een
toestand waarbij iemands contact met de werkelijkheid ernstig verstoord is…
Mensen in een psychose leven in hun eigen werkelijkheid.’ (www.psychischegezondheid.nl)
‘Psychotische mensen
kunnen de wereld als vreemd, overweldigend en angstaanjagend ervaren. Je merkt
bijzondere dingen op, er is van alles gaande en je bent de enige die ziet en
ervaart wat er gebeurt.’ (www.helpikhebeenpsychose.nl)
‘Een psychose kan zich uiten in wanen en hallucinaties.’ (www.btsg.nl)
‘Het [mystiek] is een fenomeen dat in alle religies en
culturen blijkt voor te komen, in zijn uitingsvormen verschillend maar in de
kern overal hetzelfde: Uit ervaring
weten, dat alles op een of andere wijze samenhangt, dat alles in oorsprong één
is… In feite werd mystieke ervaring door mystieken zelf vaak beleefd en
beschreven als verliefdheid, en hun leven als een liefdesverhouding met de alomvattende
Werkelijkheid, die de concrete alledaagse werkelijkheid doordringt én te boven
gaat… Het woord ‘mystiek’ duidt dus op een ervaring, maar ook op wat uit die
ervaring groeit. Een mysticus is iemand wiens leven door die ervaring wordt
bepaald.’
(Mystiek, Bruno Borchert, Gottmer, 1989)
(Mystiek, Bruno Borchert, Gottmer, 1989)
* Het citaat komt uit het
boek Liefdevolle vriendelijkheid (oorspronkelijke
titel The Wisdom of No Escape and the
path of Loving-Kindness). Dit boek van de boeddhistische meditatielerares en
abdis Pema Chödrön ben ik momenteel aan het vertalen. Het verschijnt later dit
jaar bij uitgeverij Ten Have.