Ieder voorjaar
– en zomers ook –
bij loom en warm weer,
verlang ik naar bergen
en vrije geesten.
Naar de frisse helderheid van de hemel
en van hun stemmen;
naar de uitgestrektheid van het land
en van hun avonturen;
naar het scherp(makende) licht van de zon
en uit hun ogen;
naar het meer, de ongenaakbare berg met de top,
die door hen steeds weer wordt betwist
en regelmatig ook bedwongen;
naar de geur van hars en naaldbomen
en van hun versleten kleding;
naar de oneindigheid van deze dagen,
en naar de nachten die toch weer volgen.
Ieder voorjaar
– en zomers ook –
bij loom en warm weer,
verlang ik naar bergen
en vrije geesten.
(En eigenlijk ook nog in de herfst.)
Mooi!
BeantwoordenVerwijderen